De bevolking van Zoutkamp leefde omstreeks 1900 in dicht opeen gebouwde huizen, die vaak alleen via nauwe steegjes bereikbaar waren. Wie zich daarvan nu nog ter plekke een indruk wil vormen, kan de Beereboomstraat, gelegen tussen de Churchillweg en de Visserstraat inlopen.
Een deel van de afgebroken woningen kwam terecht in het buitenmuseum van het Zuiderzeemuseum te Enkhuizen en vormt daar nu een zelfstandig buurtje, bestaande uit zeventien woningen. Dit onderdeel van het Buitenmuseum geeft een beeld van de historische kern die Zoutkamp door sloop is kwijt geraakt. Met die sloop verloor het dorp tevens een deel van zijn geschiedenis en identiteit.
In Zoutkamp zelf is, behalve de Beereboomstraat, weinig meer van de oorspronkelijke bebouwing bewaard gebleven. Hierin kwam in 2007 verandering met de herbouw van een vissershuisje op het terrein achter de betonningsloods. Laatste bewoonster was mevrouw S. Bol, die tevens materiaal nagelaten heeft voor een museale inrichting van de kleine woning. Dit huisje stond op de nominatie voor transport naar het Zuiderzeemuseum. In nauwe samenwerking tussen de gemeente De Marne en de Stichting Historische Visserij Zoutkamp is dit huisje verrezen in het kader van een leerwerkproject.
Tijdens de herbouw van dit huisje deden opnieuw geruchten de ronde, dat er nog meerdere huisjes in onderdelen in het depot van het Zuiderzeemuseum opgeslagen moesten zijn. Het bleek dat er tenminste één exemplaar was. Dit werd aanvankelijk niet als zodanig herkend, omdat het ging om een in een natuurgebied bij het Buitenmuseum liggende stapel stenen en muurfragmenten, die na lang zoeken werden ontdekt en herkend als resten van een Zoutkamper huisje. Het was een in 1920 gebouwde woning, een overgangstype tussen de oude en de nieuwe vissershuizen. De laatste bewoner van dit huisje in Zoutkamp was Tjark Visser, die onder meer ook op robben had gejaagd. Toen het pand leegstond, is het in brand gestoken, vermoedelijk door de Zoutkamper jeugd. De bedoeling was om het huis af te breken en weer op te bouwen in het museum te Enkhuizen.
Voor kunstenares Ida van der Lee was deze bijzondere vondst aanleiding om het ‘verweesde’ huisje ’thuis te brengen’ in het kader van een kunstproject, ‘De Zouttocht’ geheten. En zo keerde in de zomer van dit jaar een verloren gewaand Zoutkamper huisje – gesloopt einde jaren zestig – als een hoop rode bakstenen, balken en ander bouwmateriaal vanuit Zuiderzeemuseum te Enkhuizen met de Friese dektjalk ‘De Bruinvisch’ van Cees Dekker terug naar Zoutkamp om daar weer een plaats te krijgen. Op 10 juli 2008 werd ‘De Bruinvisch’ met zijn bijzondere lading feestelijk binnengehaald door de oude visservloot. In Zoutkamp was men erg blij dat de geschiedenis weer opgebouwd kan worden, wat in het kader van een leerwerkplan gaat gebeuren.
In tegenstelling tot het huisje achter het Visserijmuseum te Zoutkamp en de woningen die deel uitmaken van de Zoutkamper buurt in het Zuiderzeemuseum krijgt bezoeker hier de gelegenheid om – tijdelijk – in een dergelijk huisje te vertoeven en iets te proeven van het maritieme verleden van het dorp, maar ook de tegenwoordige dynamiek van het dorp te ervaren…